Als een gepest kind zelfmoord pleegt

Tarukshan Selvam, Livia van Beelen, Tim Ribberink en Fleur Bloemen. Af en toe worden we opgeschrikt door grote persoonlijke drama’s waarbij gepeste jongeren zich van het leven beroven. Maar kun je een duidelijke relatie trekken tussen het pesten en de zelfdoding? En hoe ga je als school of omgeving het beste om met een cocktail aan gevoelens van verdriet, onmacht en schuld?  

Een interview met psychiater Jan Mokkenstorm van 113online zelfmoordpreventie.

‘’Het is maar al te begrijpelijk dat de ouders na een zelfmoord de pesters als daders aanwijzen. Het is zo’n ongelooflijke klap om je kind te verliezen. Na suïcide is de algemene gedachte bij achterblijvers: ‘Lag het aan mij? Heb ik iets laten liggen?’ Dan hoop je heel erg dat het niets te maken heeft met jou. Dat het buiten jou ligt.’’

Klopt die gedachte dat pesten het kind de dood in heeft gejaagd?

‘’Mensen die een ernstige suïcidepoging hebben gedaan, zijn in een onderzoek ondervraagd naar de reden. Dat is altijd een complex aan dingen. Het is nooit één ding. Het is nooit: ‘Ik ga zelfmoord plegen want ik word gepest. Het gaat altijd over: ‘ik voelde me klem zitten, ik had ondraaglijke gevoelens. Die gevoelens kwamen door problemen waar ik geen overzicht over had, die ik niet dacht te kunnen oplossen. Ook niet met hulp. Toen kwam de gedachte op: ‘Wat als ik eens dood zou zijn?’ ’’

In de afscheidsbrief staat soms letterlijk: ‘ik ben mijn hele leven gepest. Ik kan er niet meer tegen’.

,,Ja, dat is heel apart. Wij noemen dat met een chique woord: overgeneraliserend autobiografisch geheugen. Mensen hebben een selectief geheugen. Ze herinneren zich hoe ze werden gepest. Dat ze nooit wat waard waren en dat alles mislukte. Ze herinneren niet de dingen die eigenlijk goed waren. Het zijn typische denkwijzen die kunnen horen bij een depressie. Tijdens een depressie ga je dingen afvragen die je je nooit afgevraagd hebt, zoals: ‘Is het leven wel de moeite waard? Ben ik wel de moeite waard?’ ’’

Moet je de zaken uit zo’n afscheidsbrief dan wel serieus nemen?

,,Nee, want dat zijn gedachtes van iemand die opgejaagd werd door innerlijke pijn. Die gedachtes passen heel vaak ook bij psychiatrische aandoeningen als een angststoornis of een depressie. We denken ook steeds, omdat suïcide plegen zo’n grote daad is, dat mensen daar wel heel goed over nagedacht hebben. Dat het dus ook een echte keuze is. Mijn stelling is: Het is bijna nooit een echte keuze. Bijna nooit.’’

In de 20 jaar dat ik me heel erg verdiept heb in dit onderwerp ben ik het bijna nooit tegengekomen dat iemand zei: Weet je Jan, ik heb het heel goed doordacht, dit hoort helemaal bij mij, mijn manier van leven is eigenlijk nu om zelfmoord te plegen. Dat hoort bij mij, dat vind ik echt.’’

De afscheidsbrief, die moeten we toch respecteren?

‘’Vaak geldt dan: over de doden niets dan goeds. Dus alles wat ze schreven is waar. Dat is natuurlijk maar helemaal de vraag. Na zo’n dramatisch feit wil je een verklaring. Het zou naar zijn om op zo’n moment te denken: ‘Maar hij of zij had het echt bij het verkeerde eind. Daar klopt echt helemaal niets van. Het is gewoon een paniekerige daad geweest’ ‘’

Maar dat is het misschien wel?

‘’Dat is wat wij hier bij 113 heel veel zien. We krijgen 50 oproepen per etmaal van mensen die er van overtuigd zijn dat het leven zo niet meer kan. Dat suïcide een erg voor de hand liggende oplossing is. Als we dan een uur met ze praten, dan denken ze er alweer anders over. Dan hebben we ze gekalmeerd, het nuchtere denken krijgt wat meer voorrang en het emotionele denken wordt wat meer gerelativeerd. Mensen nemen hun eigen gedachten wat minder serieus en zien alternatieven.’’

Wat doe je als school na zo’n suïcide en pestproblemen?

‘’Ik ben geen schoolleider dus ik wil niet beweren dat ik dat weet, maar ik wil wel oproepen tot nuchterheid. En tot begrip voor ouders die zeggen: ‘Het lag aan de school, die deed te weinig tegen het pesten.’. Ik weet niet of het verstandig is om dan direct tegen die ouders terug te gaan zeggen: ‘Nee hoor, we hebben alle protocollen gevolgd en we hebben alles goed gedaan.’.

Ik denk dat ik heel erg zou pleiten voor rustig met elkaar proberen te verwerken wat er is gebeurd. Ik zou ook wel proberen om degene die worden aangemerkt als zondebok in bescherming te nemen. Dat zijn ook kinderen die niet altijd weten wat hun gedrag voor gevolgen kan hebben. Je moet niet vergeten dat pesters vaak ook zelf gepest zijn. Die zijn zelf ook kwetsbaar geweest.

Ik zou de relatie tussen pesten en suïcide vrij snel van tafel proberen te krijgen en uitstralen: Jongens, dit is iets verschrikkelijks. Maar simpele redeneringen passen nu niet. Laten we ons inhouden, laten we wijs zijn.’’

‘’We kunnen de suïcidepleger ook niet als dader zien. Het is een noodlottige orkaan van emoties die zich in dat hart afspeelt en die iemand tot die rare daad drijft. Het is een eeuwige oplossing voor problemen die tijdelijk zijn, die kunnen overgaan. Deze mensen leven met toenemende blikvernauwing. Met een toenemende kokervisie op zichzelf en de omgeving. Ze kunnen ook bijna niet meer begrijpen dat wat ze gaan doen zoveel effect heeft op de omgeving. Dat het voor eeuwig is. Die zelfmoordgedachte kan je in de greep houden. Het is een soort bubbel waar je in je eentje niet uitkomt. Daarom is het zo belangrijk erover te gaan praten.’’

Lijkt me niet makkelijk als docent om aan een gepest kind te vragen of hij of zij weleens aan zelfmoord denkt.

‘’Dat doe je niet in een klas met 30 anderen erbij. Dat kan wel in een gesprekje van: blijf even zitten, ik merk iets aan je. Het is ook niet je eerste vraag. Wij geven hier trainingen over aan allerlei vakmensen (deurwaarders, kappers, politiemensen). Je kan in één dagdeel leren om het onderwerp bespreekbaar te maken en daarmee zelfmoorden te voorkomen.’’

‘’Ik vind dat je hier heel nuchter over moet praten. Wij hebben hier bij 113 een warm hart maar een koel nuchter hoofd. Dus wij huilen niet mee maar vragen door. Hoe zit het nu echt en we houden de verantwoordelijkheid ook bij de persoon in kwestie. Je hebt wel degelijk de verantwoordelijkheid hulp te zoeken en er niet alleen mee te blijven rondlopen. Ik vind dat mensen die suïcidaal zijn of wanhopig de morele plicht hebben om niet alleen aan zichzelf te denken maar ook aan anderen.’’

‘’Het hele punt van mens zijn is dat je leert dat er grenzen zijn. Je wordt beter doordat je moeilijkheden moet overwinnen. Niet door die moeilijkheden maar te ontvluchten en te zeggen nou dan hoeft mijn leven niet meer.’’

‘’Als je dat doet, ben je geen ster maar iemand die het niet heeft aangedurfd te leven. Ik zou het niet erg vinden als scholen dat wat meer op die manier bespreken.’’  

Hoe kan een school het beste met zelfmoord na pesten omgaan?

Ine Spee is crisisadviseur bij het Instituut voor Psychotrauma IVP.

Zij biedt hulp op scholen na een traumatische gebeurtenis. Dit kan ook een zelfmoord van een leerling zijn. Ine Spee: “Na een zelfmoord op school kan er veel misgaan, maar heel vaak gaat het ook goed. Er is na zo’n heftige gebeurtenis een periode van intense saamhorigheid tussen leerlingen en docenten.”

‘’Ik denk dat een suïcide een van de meest schokkende gebeurtenissen is die scholen kunnen meemaken, want scholen zijn bezig met de toekomst. Als een leerling dan ‘nee’ zegt tegen het leven, dan is heel heftig en heel verdrietig. We hebben te maken met jonge mensen. We weten dat suïcide bij jonge mensen kan leiden tot weer andere suïcides omdat er een sfeer ontstaat waarbij jongeren denken dat dit een uitweg uit een moeilijke situatie kan zijn.

Dus het is voor scholen heel belangrijk om naast de rouw ook de boodschap uit te dragen dat de school als gemeenschap kiest vóór het leven. Dat het wel eens tegen kan zitten, maar dat er áltijd een uitweg is en dat er mensen zijn je daar bij kunnen helpen.’’

U komt op een school na de zelfmoord van een leerling. Docenten en jongeren zijn ontredderd en geëmotioneerd. Wat is het eerste dat u doet?  

‘’Het is belangrijk dat leerlingen praten met mensen die ze het beste kennen en dat zijn hun docenten. Alleen zijn die docenten soms ook heel erg ontdaan. Die zijn bang om fouten te maken, die willen het in zo’n situatie goed doen met hun leerlingen.

Het kan zijn dat ze in hun persoonlijk leven ook al eens met suïcide te maken hebben gehad, waardoor deze gebeurtenis voor hen extra heftig is.

Dus tegen de leerkrachten zeggen we: ‘Jullie kunnen dit. Jullie hebben die verbinding met de leerling en we gaan jullie ondersteunen.’ Je moet ook de verschillen tussen leerlingen te zien. Sommigen kunnen er dagen over praten en anderen denken na een half uurtje: Mag ik nu weer gewoon naar een les wiskunde? Dit geldt ook voor docenten. Ik ben er zelf voorstander van om snel de lessen weer op te pakken. Natuurlijk maak je uitzonderingen voor kinderen en docenten die dicht bij stonden en er nog niet aan toe zijn. Maar de routine geeft ook veiligheid.’’

We zien dat er ook vaak snel verwijten gemaakt worden. Dat er een directe link wordt gelegd met pestgedrag.

‘’Er zijn natuurlijk leerlingen en ook docenten die zich schuldig kunnen voelen na een suïcide die denken: ‘Had ik dat en dat niet moeten zeggen?’ Het is van belang dat je met elkaar daarover praat. Dat er een veilige sfeer is waarin leerlingen kunnen vertellen hoe ze terugdenken aan deze situaties. Hoe ze er spijt van hebben. Praten over op welke manier ze nog iets zouden kunnen doen aan het herstel van datgene dat er misschien fout is gegaan. Er is natuurlijk nooit een directe link tussen suïcide en pesten, maar pesten kan wel een trigger zijn voor mensen die een bepaalde persoonlijkheid hebben en een bepaalde kwetsbaarheid hebben. En dan kan het pesten mede datgene zijn dat maakt dat mensen deze stap nemen. Maar er is geen één op één relatie. Het is niet wenselijk die relatie te benadrukken want daardoor gaan kinderen wellicht denken dat suïcide een uitweg is uit pestgedrag. En dat is natuurlijk nooit zo. Leerlingen die zich misschien schuldig voelen, hebben ook bescherming nodig. We weten allemaal dat hun hersenontwikkeling nog niet helemaal op orde is en soms weten ze gewoon nog niet wat de impact is van een bepaald handelen. Waar het om gaat is: wat kunnen zij leren van deze situatie? En wat kunnen zij daarmee doen in een bepaalde situatie? Ook voor deze leerlingen moet de school een veilige plek blijven. Wat zij nodig hebben is dat er volwassenen om hen heen zijn die hen begeleiden in dit proces. Volwassenen die verkennen welke mogelijkheden er zijn tot herstel, waardoor zij ook zelf deze gebeurtenis op een goede manier kunnen verwerken.’’  

‘’In de school sta je voor de opgave om alles weer tot de juiste proporties terug te brengen. Die proporties zijn: in een veilig schoolklimaat gaan we op die en die manier met elkaar om. Daar wordt niet gepest. En als er gepest wordt, wordt er ingegrepen en dan kijken we of we de relaties kunnen herstellen. Het is soms pijnlijk maar ook de rouw in de school is eindig. Het is belangrijk om het einde van een rouwperiode te markeren dus heel vaak wordt er een monumentje opgericht, maar dat kan er natuurlijk niet heel erg lang blijven staan . Soms is het een natuurlijk moment om dat na de begrafenis weg te halen. Dat doe je dan vaak met leerlingen en soms wordt er dan voor een iets abstracter monument in de school gekozen. Sommige leerlingen kunnen ook zwelgen in rouw. Die hebben het ook nodig dat je het einde van de rouw markeert en dat je zegt: ‘We gaan deze persoon niet vergeten. We hebben nog steeds veel verdriet, maar we pakken wel het leven weer op.’ ‘’

En wat gebeurt als die verwerking niet goed plaatsvindt? Wat kan er mis gaan?

Wat ik wel eens mee gemaakt hebt dat het rouwhoekje té snel is opgeruimd en zonder te overleggen met de leerlingen.  Maar gelukkig maak ik ook vaak mee dat het wel goed gaat. Dat er na zo’n heftige gebeurtenis een periode is van enorme saamhorigheid op een school. Waarin mensen heel heftige emoties delen. Je ziet soms ziet dat leerlingen docenten ondersteunen en leerlingen veel dichter bij elkaar komen te staan. Ik hoor soms weleens zeggen dat docenten en leerlingen later wel terugverlangen naar het sterke gevoel van verbondenheid dat na zo’n gebeurtenis kan ontstaan. Hoe triest de aanleiding ook is.  

Wat kan de omgeving doen aan zelfmoordpreventie? Vraag het 113 Zelfmoordpreventie via 0900-0113 of bekijk dit filmpje:

Als een gepest kind zelfmoord pleegt
  1. Hoe kan een school het beste met zelfmoord na pesten omgaan?