De strijd om een motorbendeverbod

Verbied motorbendes, zegt een meerderheid van burgemeesters in een onderzoek van EenVandaag. Maar hoe verbied je motorclubs als de Mongols, No Surrender, Hells Angels, Satudarah en Bandidos?

Drugshandel, afpersing, prostitutie en andere vormen van georganiseerde misdaad worden al jarenlang aan motorbendes gelinkt, maar nog altijd blijkt een verbod op die clubs niet mogelijk. Veel individuele leden worden vervolgd voor een heel scala aan criminele activiteiten, maar als georganiseerde vereniging blijven de clubs buiten schot.

Misdaadverslaggever Gerlof Leistra zei eerder in EenVandaag: ‘Een verbod instellen is moeilijk, het is tot nu toe niet gelukt, maar het zal gebeuren, Het net sluit zich rondom de clubs. Het zijn organisaties met veel criminele leden, het verschil met een criminele organisatie is dan alleen nog een juridisch verschil.’

Een korte geschiedenis: de brommerclub Kreidler Ploeg Oost in Amsterdam doopt zich eind jaren ’60 om tot Hells Angels. In de Verenigde Staten bestaat de Hells Angels Motorcycle Club dan 20 jaar. In 1978 wordt de Nederlandse afdeling officieel erkend als chapter.

Decennialang hebben de Angels vrij spel. In 2000 wordt dat glashelder als topcrimineel Sam Klepper wordt geliquideerd. Klepper, aspirant-lid, wordt dwars door Amsterdam door honderden Hells Angels op hun motoren begeleid naar zijn graf. De binnenstad wordt ervoor afgezet, terwijl de klokken van de Westertoren luiden. Voor de deur van het hoofdbureau van politie steken leden vuurwerk af, verkeersregels worden genegeerd.

Een paar maanden later vallen tien leden van de Hells Angels vlak voor de uitzending de studio van Barend & Van Dorp binnen en mishandelen de twee presentatoren, omdat het duo de Hells Angels een criminele organisatie noemt. In de uitzending bieden Barend en Van Dorp hun excuses aan.

Op dat moment doen Amsterdamse rechercheurs al onderzoek naar de club om die als criminele organisatie verboden te krijgen. In 2003 start een onderzoek onder de codenaam Acroniem, om de criminele activiteiten van de Hells Angels in kaart te brengen.

Wat het werk van Justitie zo moeilijk maakt, blijkt na de broedermoord op drie leden van de Nomads, een Limburgse afdeling van de Hells Angels. In het plaatsje Echt worden in 2004 drie met kogels doorzeefde lichamen gevonden van Nomad-leden. De slachtoffers, onder wie de clubleider, zijn na een conflict in de drugswereld omgebracht door hun eigen ‘vrienden’.

Ruim een jaar later worden twaalf Nomads veroordeeld tot een gevangenisstraf van zes jaar. Maar omdat alle mannen zwijgen, kan er geen individuele dader worden aangewezen.

Alle inspanningen ten spijt, de rechtbank concludeert dat er geen onschuldigen vast mogen zitten; in 2007 worden alle verdachten in hoger beroep vrijgesproken. Waar het OM eerst levenslang eist, zitten de twaalf net twee jaar vast.

Het Openbaar Ministerie doet in 2006 een poging om de Hells Angels te verbieden. Bij verschillende clubhuizen zijn dan al invallen gedaan. Er worden hennepplantages, vuurwapens en munitie aangetroffen en er volgen 47 arrestaties.

De strafzaak -die gaat over deelname aan een criminele organisatie die is gericht op vuurwapenbezit, drugshandel, mishandeling en bedreiging- tegen 22 leden loopt uit op een deceptie. Volgens de rechtbank in Leeuwarden, die een uitspraak doet over de stichting Hells Angels Northcoast Harlingen, hebben de Angels een crimineel karakter, maar vormen ze geen samenhangende criminele organisatie. Later trekt de Amsterdamse rechtbank dezelfde conclusie.

In 1990 verschijnt Satudarah ten tonele. Opgericht door Molukkers blijft deze groep lang onder de radar. Buiten de schijnwerpers groeit deze organisatie snel naar drie- tot vierduizend leden en chapters in meerdere landen.

De rivaliteit tussen verschillende clubs in de Verenigde Staten is dan al overgewaaid naar Europa. In Denemarken, Noorwegen en Duitsland worden vanaf 1994 tientallen moordpogingen gedaan en vallen er veel doden. En met de komst van andere buitenlandse clubs in ons land -de Mongols en de Bandidos in 2014- groeit ook de onrust en rivaliteit hier relatief laat, maar wel heel snel.

Het mondt uit in meerdere gewelddadige incidenten. In Zuid-Limburg zijn het de Hells Angels en Bandidos die elkaar naar het leven staan. Laatstgenoemde vestigt een eerste Nederlandse chapter in 2014 in Sittard. Niet lang daarna worden twee aanslagen met explosieven gepleegd op het huis van voorzitter Harrie Ramakers in het Limburgse Nieuwstadt.

Een week later volgt een derde explosie in een woonhuis van een Bandidos-lid in Susteren en een poging tot brandstichting in een cafe in Echt. In Sittard gaan in mei 2015 de Red Devils (een supportersclub van de Hells Angels) en de Bandidos met elkaar op de vuist en er wordt geschoten midden in een woonwijk. Er vallen drie lichtgewonden.

Er komen nieuwe pleidooien voor een verbod. Hoofdofficier Roger Bos van het OM in Limburg wil in mei 2015 veertien gearresteerde Bandidos-leden vervolgen als criminele organisatie.

Burgemeester Jos Hessels van Echt-Susteren roept op tot een ‘Duitse aanpak’ van de motorclubs. Bij de oosterburen worden motorbendes wel geoormerkt als criminele organisatie. Burgemeester Jacques Niederer van Roosendaal en meer burgemeesters in Zuid-Nederland doen dezelfde oproep.

Het laatste dieptepunt vindt in het voorjaar van 2016 plaats in en rondom het Van der Valk-hotel aan de Energieweg in Rotterdam: dertig leden van de Mongols en de Hells Angels gaan met op de vuist. Bij de massale en zeer gewelddadige vechtpartij worden minimaal twintig schoten gelost en worden messen, hamers en vuurwapens gebruikt. 23 verdachten worden opgepakt voor openlijke geweldpleging.

De strijd om een motorbendeverbod
  1. Section 1